check

Neem de tijd om de schriftelijke accreditatie in te vullen.

Voor ons is deze accreditatie om helder te krijgen hoe alles geland is en waar we nog aandacht aan mogen besteden.

Tijdens de laatste ochtend gaan we hier samen nogmaals doorheen.

Klik hieronder als je er klaar voor bent.

Begin

Vraag 1 van 21

Een competentie die iemand heeft gekozen bij een als voorkeur gekozen archetypisch beeld noemen we

A

Natuurlijk Potentieel

B

Kwetsbare Kracht

C

Natuurlijke Kracht

D

Kwetsbaar Potentieel

Vraag 2 van 21

Een competentie die iemand niet heeft gekozen bij een als voorkeur gekozen archetypisch beeld noemen we

A

Natuurlijk Potentieel

B

Kwetsbare Kracht

C

Natuurlijke Kracht

D

Kwetsbaar Potentieel

Vraag 3 van 21

De volgorde waarin iemand de archetypische beelden kiest, is

A

1ste Voorkeur, 2de Voorkeur, Schaduw, Dissociatie

B

1ste Voorkeur, Schaduw, Dissociatie, 2de Voorkeur

C

1ste Voorkeur, 2de Voorkeur, Dissociatie, Schaduw

D

1ste Voorkeur, Schaduw, 2de Voorkeur, Dissociatie

Vraag 4 van 21

Bij de gebruikte kleuren binnen de me.scan staat de kleur groen bij de competentiekeuzes voor

A

Gekozen competentie bij een voorkeursarchetype

B

Gekozen competentie bij een schaduwarchetype

C

Geen gekozen competentie bij een voorkeursarchetype

D

Geen gekozen competentie bij een schaduwarchetype

Vraag 5 van 21

Bij de gebruikte kleuren binnen de Me.-scan staat de kleur oranje bij de competentiekeuzes voor

A

Gekozen competentie bij een voorkeursarchetype

B

Gekozen competentie bij een schaduwarchetype

C

Geen gekozen competentie bij een voorkeursarchetype

D

Geen gekozen competentie bij een schaduwarchetype

Vraag 6 van 21

Bij de gebruikte kleuren binnen de me.scan staat de kleur rood bij de competentiekeuzes voor

A

Gekozen competentie bij een voorkeursarchetype

B

Gekozen competentie bij een schaduwarchetype

C

Geen gekozen competentie bij een voorkeursarchetype

D

Geen gekozen competentie bij een schaduwarchetype

Vraag 7 van 21

Welke aspecten passen het beste bij het archetype Reëel en Feitelijk zowel in de voorkeur als in de schaduw

A

Vernieuwing, passie, binding, controle, schuld, oppervlakkig

B

Vlucht, zorg, dogmatisch, angst, ik, trots

C

Details, contact, liefde, groei, alleen, veranderen

D

Hechting, structuur, details, geld, dogmatisch, controle

Vraag 8 van 21

Niet gekozen competenties in een schaduw of dissociatiegebied kunnen

A

Ontwikkeld worden en zo een Natuurlijke Kracht gaan vormen

B

Niet ontwikkeld worden

C

Ontwikkeld worden maar daarmee ontstaat een Kwetsbare Kracht

D

Een talent zijn waar iemand zich niet van bewust is

Vraag 9 van 21

De kleuren groen, paars, rood en blauw staan in de goede volgorde bij

A

Sensing, Feeling, iNtuition, Thinking

B

Thinking, iNtuition, Feeling, Sensing

C

Feeling, Sensing, Thinking, iNtuition

D

iNtuition, Sensing, Feeling, Thinking

Vraag 10 van 21

De volgende competenties zijn vrouwelijk

A

Besluitvaardigheid, Aansturend, Toekomstgericht

B

Samenwerkend, Vasthoudend, Multicultureel

C

Vernieuwend, Relatiegericht, Overtuigend

D

Interpersoonlijk sensitief, Zelfstandig, Oordeelsvormend

Vraag 11 van 21

Welke competenties behoren tot de meer introverte competenties?

A

Aansturend, Oordeelsvormend, Toekomstgericht

B

Vernieuwend, Toekomstgericht, Flexibel

C

Communicatief, Zelfstandig, Relatiegericht

D

Doelbewust, Klantgericht, Analytisch

Vraag 12 van 21

Wat kan er onder druk gebeuren bij iemand die de competentie “Leidinggevend” kiest in de schaduw?

A

Kan zich snel schuldig voelen

B

Kan zich autoritair gaan gedragen

C

Kan de lat hoog gaan leggen

D

Kan te perfectionistisch worden

Vraag 13 van 21

Hoe kun je iemand omschrijven die in het balansgebied Passie en Vorm leeg heeft?

A

Dat is iemand die moeite kan hebben om het eigen gevoel te herkennen en erkennen, mogelijk vanuit een angst dat voelen pijnlijk kan zijn

B

Dat is iemand met een sterk besef van eigen normen en waarden

C

Dat kan iemand zijn die een sterk plichtsbesef heeft

D

Dat zal iemand zijn die zich bewust is van wat voor zichzelf echt essentieel is

Vraag 14 van 21

Wat zal iemand die competenties kiest bij “Richtinggevend” en “Reëel” terwijl dat een schaduw-gebied is, doen onder druk?

A

Deze persoon wil het vooral goed doen en doelen bereiken

B

Deze persoon kan zich terugtrekken in zijn of haar eigen wereld

C

Deze persoon kan proberen kritiek te vermijden door afstand te nemen

D

Deze persoon kan te dwingend en te star worden

Vraag 15 van 21

Wat typeert iemand die van nature “Oplossingsgericht” en “Feitelijk” is?

A

Deze persoon is een typische procesmanager

B

Deze persoon maakt logische keuzes op basis van feiten

C

Deze persoon neemt krachtige beslissingen

D

Deze persoon maakt plannen voor de langere termijn

Open vragen schriftelijke accreditatie

Je treft hieronder zes open vragen aan. Voor het beantwoorden van de vragen kun je gebruik

maken van de bijgevoegde me.scan van Bert.

 

Casus

Cliënt Bert, 42 jaar. Ervaren commercieel directeur in een groot-zakelijke omgeving. Hij beschrijft zichzelf als een krachtige en hands-on manager die zijn mensen meekrijgt om de beoogde resultaten na te streven. Hij beschrijft de successen die hij heeft behaald als teamprestaties en zijn stijl van leidinggeven als motiverend en ondersteunend. Bert is – voor hem volledig onverwacht – ontslagen na een periode waarin het bedrijf enkele grote accounts is verloren en in zijn team een opvallend hoog langdurig ziekteverzuim ontstond en een aantal ervaren medewerkers vertrok. Uit een medewerkers tevredenheidsonderzoek bleek er veel onvrede over de leiding en cultuur binnen zijn afdeling. De stijl van leidinggeven van Bert werd algemeen als te hard ervaren en veel medewerkers gaven aan zich niet gesteund te voelen en weinig ruimte te ervaren voor eigen initiatief. De cultuur werd beschreven als taakgericht, prestatiegericht en zelfs als onveilig (meermaals benoemd als “afrekencultuur”). Bert is sterk aangedaan door zijn ontslag en de negatieve beoordeling van zijn rol als commercieel directeur die hij volstrekt niet had verwacht.

Vraag 17 van 21

Op basis van zijn meting:

Welke door Bert gekozen competenties vormen een kwetsbare kracht?

Vraag 18 van 21

Op basis van zijn meting:

Geef 3 sterke punten in het profiel van Bert die zijn aanvankelijke successen kunnen verklaren?

Vraag 19 van 21

Op basis van zijn meting:

Geef 5 mogelijke punten in het profiel van Bert die tot de negatieve beoordeling hebben geleid in zijn rol als commercieel directeur

Vraag 20 van 21

Op basis van zijn meting:

Hoe kan het dat medewerkers de stijl van leidinggeven van Bert zo anders ervaren dan Bert zelf?

Vraag 21 van 21

Op basis van zijn meting:

Wat is zijn ontwikkelrichting? Ofwel, op welke competentie(s) kan Bert zich het beste richten om zijn managementkwaliteiten te verbeteren.

Bevestig en verstuur